De roep om sprinklerinstallaties verplicht te stellen in parkeergarages en gebouwen als ziekenhuizen wordt steeds groter. Aanleiding is de brand die vorige week woedde in een ondergrondse parkeergarage in Haarlem waarbij 26 auto’s werden verwoest en tientallen voertuigen beschadigd raakten. Een sprinklerinstallatie had de snelle uitbreiding van de autobrand kunnen vertragen, en daarmee de schade kunnen beperken.
Vaak is er een incident nodig om mensen wakker te schudden. Zo heeft de ‘Schipholbrand’ waarbij 11 mensen omkwamen ertoe geleid dat alle penitentiaire gebouwen nu standaard zijn uitgerust met sprinklerinstallaties. René Hagen, lector brandpreventie van het Nederlands Instituut Fysieke Veiligheid (NIFV), grijpt de brand in Haarlem aan om een oproep te doen voor het verplicht stellen van sprinklerinstallaties in gebouwen waar veel mensen komen. Ook John van Lierop van de Nederlandse Organisatie voor Brandveiligheid (NOVB) doet opnieuw een pleidooi voor het aanscherpen van de regelgeving.
In tegenstelling tot enkele andere Europese landen is in Nederland een sprinklerinstallatie niet verplicht, tenminste als is voldaan aan bouwkundige aanpassingen op het gebied van brandveiligheid, zoals compartimentering, voldoende nooduitgangen en brandwerende deuren in combinatie met aanvullende maatregelen. Slechts in enkele gevallen eist de gemeente of verzekeringsmaatschappij het aanbrengen van een brandblusinstallatie. In Nederlandse parkeergarages is dit volgens Van Lierop eerder uitzondering dan regel. ‘In het Bouwbesluit is nu geen specifieke regelgeving voor parkeergarages. Of het nu een ondergrondse parkeerkelder is of een bovengrondse garage; voor al deze gebouwen gelden dezelfde regels als voor normale bouwwerken.’
Ventilatiesysteem
In Nederland wordt vaak gekozen voor detectiesystemen en ventilatiesystemen die op basis van computersimulaties zijn ontworpen. Dat was ook in Haarlem het geval. De vraag is natuurlijk of deze simulaties betrouwbaar zijn. In de praktijk is de vuurlast meestal veel hoger. ‘Natuurlijk, in Haarlem was sprake van een forse brand. Daar is geen enkele betonconstructie tegen bestand. Er komt zoveel hitte vrij dat het voorgespannen beton gaat werken. De constructie verliest dan zijn draagkracht, waardoor er instortingsgevaar dreigt. Een sprinklerinstallatie had de autobrand uiteraard niet kunnen blussen, maar het had wel de omgeving rond de auto gekoeld en daarmee kunnen voorkomen dat de brand ongebreideld om zich heen kon slaan. De brandweer had zo veel eerder bij de brandhaard kunnen komen om deze te bestrijden’, merkt Van Lierop op.
Nu worden brandblusinstallaties in openbare gebouwen vaak achterwege gelaten uit kostenoverwegingen. Alleen Van Lierop denkt dat dit vooral te wijten is aan onwetendheid. ‘Er wordt vaak alleen naar de kosten van de sprinklerinstallatie gekeken, terwijl de bouwkundige besparingen vergeten worden. Op bouwkundig gebied hebben gebouwontwerpers veel meer vrijheid bij het ontwerp. Ze zitten niet langer vast aan de strenge compartimenteringeisen. Gelukkig zien steeds meer architecten ook dit grote voordeel in.’ Van Lierop weet niet of het wettelijk verplicht stellen van sprinklerinstallaties dè oplossing is. ‘Ik ben eerder een voorstander van het voorschrijven van een risicogerichte benadering in de wetgeving, waarbij er wel gekozen kan worden uit een aantal geaccepteerde oplossingen op het gebied van brandveiligheid. Dat wil zeggen dat er per gebouw afzonderlijk moet worden gekeken naar wat er kan gebeuren als er brand uitbreekt en welke restrisico’s acceptabel zijn. En op basis daarvan moet worden besloten welke maatregelen er moeten worden getroffen. Ik weet zeker dat je dan in veel gevallen dan uitkomt bij een sprinklerinstallatie.’
Nicole Kluijtmans